RFC Knokke ontpopte zich vorig seizoen tot dé revelatie in eerste nationale. Na een moeizame competitiestart kwam de ploeg van coach Yves Van Borm toch op kruissnelheid om uiteindelijk op één punt van de titel te stranden. Even goed doen dit seizoen wordt niet evident en dit heeft niks te maken met de intrede van de beloftenploegen van FC Antwerp, AA Gent, Oud Heverlee Leuven en Charleroi. Van Borm vindt het moeilijk om de ambitie af te bakenen.
“We hebben een bizar seizoen achter de rug. Na een 1 op 12 rechtte de ploeg de rug, maar rond Nieuwjaar zakten we weer weg naar de grijze middenmoot en lag de focus op het behoud. We raakten evenwel ‘in the flow’, verloren in de laatste veertien wedstrijden maar één keer en strandden finaal op een zucht van de titel. Een licentie hadden we niet, maar we speelden toch de eindronde. Daarin bleek toch dat de ploeg wat op zijn tandvlees zat. Jammer genoeg zagen we opnieuw heel wat spelers andere oorden opzoeken. Door het vertrek van Zakari Junior Lambo, Simon Savaete en Zakaria Atteri hebben we veel aan scorend vermogen ingeboet. We beginnen dus opnieuw vanaf nul. Van de A-kern van vorig seizoen blijven er een tiental spelers over en door de komst van dertien nieuwe spelers hopen we opnieuw strijdvaardig te zijn in eerste nationale.”
Opnieuw een rol van betekenis spelen in deze reeks wordt niet evident. Van Borm heeft zo zijn bedenkingen bij de intrede van de beloftenploegen in de reeks. “Ik vind dat totaal niet kunnen en vind dat de Voetbalbond hier zwaar in de fout gaat. Zo steken ploegen heel veel energie en geld om een ploeg uit te bouwen die kan klimmen in de hiërarchie van het Belgisch voetbal en dan krijgen die beloftenploegen plots alles in de schoot geworpen. De zogezegde amateurploegen moeten er alles aan doen om aan allerlei licentievoorwaarden te voldoen, terwijl de eersteklassers vrijgeleide krijgen. Zo speelt AA Gent op RC Gent en ruilde Cercle Brugge zijn ticket voor eerste nationale met dat van tweede nationale van Antwerp. En dit alles maakt het ook moeilijk voor ons. Vorig jaar maakten Arne Cassaert en Wolf Ackx deel uit van onze selectie, maar zij krijgen zogezegd een plaatsje in de A-kern van de Vereniging. Het doet dan pijn als je ziet dat Cassaert nu al begrijpt dat het moeilijk voor hem wordt en hij in beeld komt bij Virton. Of de intrede van de beloftenploegen de spelers echt beter zal maken, is zeer de vraag. En of de ploegen het ook zo zien, valt nog af te wachten. Dat Club Next een speler als Lennart Mertens aantrekt, is daar wat mij betreft een bewijs van.”
Het blijft voor Van Borm koffiedik kijken wat de rol van zijn ploeg kan zijn. Een goede start wordt heel belangrijk. En Van Borm hoopt dat zijn ploeg er ook staat in de beker. “In het verleden hebben we het goed gedaan in de beker en dat blijft de mensen toch bij. We proberen ook dit jaar ver te raken. In de eerste ronde kan Geel, Zoersel, Eendracht Aalter of Club Roeselare de tegenstander worden. Als we twee ronden overleven, wacht Beerschot en dat is toch steeds een mooie affiche. In de competitie wordt het toch belangrijk om goed uit de startblokken te schieten. We starten tegen ploegen als La Louvière, Maasmechelen en Luik en dat zijn stuk voor stevige tegenstanders. We zullen snel weten hoe sterk we zijn.”