Voetbal blijft onvoorspelbaar. Tweedenationaler RC Gent trok met de rode lantaarn richting Schiervelde, maar slaagde er wel in om leider SK Roeselare voetje te lichten. Op de verjaardag van Geert Cool nog wel, sponsor van dat Roeselare. Ook voor een door de wol geverfde trainer als Bart Van Renterghem was het een deugddoende overwinning.
“Het is zo dat ik als trainer niet zo’n goede herinneringen heb aan de bezoekjes aan Schiervelde. Met Eendracht Aalst verloor ik er en ook met beloften van AA Gent beet ik in het zand tegen die van Club Brugge. Ik hoor alle mensen uit de reeks zeggen dat iedereen van iedereen kan winnen, alleen lieten wij dit na. We wonnen wel wedstrijden in de beker, maar we hunkerden natuurlijk ook naar een overwinning in de competitie. Ik vertelde mijn spelers wel dat ze niet naar het klassement moeten kijken. Sta je laatste, dan doe je dat toch. En als je onderin staat, zit het ook soms wat tegen. Tegen Lebbeke hadden we naar mijn gevoel de drie punten verdiend en bleven we op een 3-3-gelijkspel steken. In Roeselare klommen we vrij vroeg op voorsprong via David Trouet en een tweede doelpunt zat er wel in. Zo werd een overduidelijke fout in de zestien op Cédric Van Meirvenne niet gefloten. Net voor de rust slikken we dan de gelijkmaker en in de tweede helft kon het natuurlijk alle kanten uit. Het dubbeltje viel dit keer naar onze kant. Voor mijn jonge spelersgroep deed die 1-2-zege geweldig veel deugd. Ook omdat je op Schiervelde in een stadion speelt met een zekere historiek, met de sfeer die daar hing, met alles zo’n beetje. De ontlading was groot, zeker weten. We gaan nu proberen verder bouwen op die driepunter. Er wordt goed gewerkt en met enkele punten meer staan we in de middenmoot. We speelden minder goede wedstrijden tegen Oudenaarde en Westerlo en kregen een 5-0-pandoering in Gullegem, maar in de andere wedstrijden waren we de evenknie van de tegenstander. Ik wist dat ik het seizoen begon met een aantal spelers die wel blessuregevoelig is en op dat vlak valt het dan wel mee dat we daar wat van gespaard blijven.”